Jacobus Kieft

 

1920 - 1945

 
 
 
 
In de Tweede Wereldoorlog stond in de Nieuwstraat 11 in Baarn het huis van de familie Kieft. Vader Jacobus was banketbakker en zijn zoon (die ook Jacobus heette, maar Jacques werd genoemd) was etaleur voor een grote winkel in Hilversum.

In 1943 verplichtte de bezetter jonge mannen in Duitsland te werken. Jacques weigerde te gaan. Hij dook onder bij een oom, ver weg in het Brabantse dorp Oisterwijk. Daar werkte hij in een zeep- en schoensmeerfabriek.

Deze oom zat diep in het verzet en Jacques raakte al snel betrokken bij verschillende activiteiten. Met name bij het in veiligheid brengen van Engelse piloten die waren neergeschoten. Zij moesten terug naar Engeland en dat vergde veel organisatie. Vervoer van onderduikadres naar onderduikadres. Dat ging ’s nachts, vaak per fiets en soms per auto. Bij een van die transporten, begin juli 1944, ging het mis. De helpers liepen in de val van de Duitsers. Jan was er dit keer niet bij, maar zijn naam werd wel bekend. Op 19 juli 1944 werd hij gearresteerd.

Voor Jacques Kieft betekende dit het begin van een reeks van verhoren, transport van gevangenis naar gevangenis en uiteindelijk naar concentratiekampen in Duitsland. Hij kwam uiteindelijk terecht in kamp Neuengamme bij Hamburg. Door de miserabele omstandigheden werd hij ziek. In april 1945 volgde transport naar het kamp Sandbostel, 80 kilometer ten westen van Hamburg. De omstandigheden waren hier zo mogelijk nog erger. Hier stierf Jacques Kieft van uitputting. Dat was medio april 1945, minder dan een maand voor het einde van de oorlog.

Jacques Kieft werd 24 jaar.

In Oisterwijk is een parkje naar hem vernoemd: het Jacques Kieftpark.