Walter Heinemann |
1896 – 1944 |
Trude Heinemann-Kirchheimer |
1905 – 1944 |
Aan de Kettingweg nummer 11 in Baarn woonden in 1941 en 1942 Walter Heinemann en zijn vader Joseph Heinemann. Ze waren uit Duitsland gevlucht, woonden eerst in Den Haag en daarna in Baarn.
De familie had in Duitsland een goedlopend bedrijf in vleesafval. Dat is door de nazi’s in beslag genomen.
In 1939 scheidde Walter Heinemann van zijn eerste vrouw. Met haar had hij twee zonen. Op 23 juli 1942 trouwde hij in Baarn met Trude Kirchheimer. Zij kwam net als Walter uit Duitsland. Dat het huwelijk hier plaatsvond is bijzonder; Walter was een paar maanden daarvoor opgepakt en naar kamp Westerbork gedeporteerd. Dit betekent dat hij toestemming kreeg om voor de huwelijkssluiting het kamp een paar dagen te verlaten.
Een van de getuigen bij het huwelijk was Josef Klestadt. Hij woonde aan de Nicolaas Beetslaan nummer 27. Ook hij was een uit Duitsland gevluchte Jood.
Op 2 september 1942 werd ook Trude Heinemann ingeschreven in het register van kamp Westerbork.
In Westerbork verbleven Walter en Trude relatief lang, een jaar en vier maanden. In januari volgde 1944 transport naar Theresienstadt, een schijnbaar vreedzaam oord in het noorden van Tsjechië. In werkelijkheid was Theresienstadt een volgepakt getto voor gedeporteerde Joden, met bijbehorende slechte leefomstandigheden. En een doorgangskamp op de weg naar Auschwitz.
Eind 1944 gingen ook Walter en Trude Heinemann naar het vernietigingskamp Auschwitz. Beiden werden daar na aankomst op 8 oktober 1944 in de gaskamers vermoord. Walter Heinemann was 48 jaar, Trude Heinemann-Kirchheimer 39 jaar.
Vader Joseph Heinemann heeft de oorlog overleefd, net als Walters eerste vrouw en hun twee zonen.
De familie had in Duitsland een goedlopend bedrijf in vleesafval. Dat is door de nazi’s in beslag genomen.
In 1939 scheidde Walter Heinemann van zijn eerste vrouw. Met haar had hij twee zonen. Op 23 juli 1942 trouwde hij in Baarn met Trude Kirchheimer. Zij kwam net als Walter uit Duitsland. Dat het huwelijk hier plaatsvond is bijzonder; Walter was een paar maanden daarvoor opgepakt en naar kamp Westerbork gedeporteerd. Dit betekent dat hij toestemming kreeg om voor de huwelijkssluiting het kamp een paar dagen te verlaten.
Een van de getuigen bij het huwelijk was Josef Klestadt. Hij woonde aan de Nicolaas Beetslaan nummer 27. Ook hij was een uit Duitsland gevluchte Jood.
Op 2 september 1942 werd ook Trude Heinemann ingeschreven in het register van kamp Westerbork.
In Westerbork verbleven Walter en Trude relatief lang, een jaar en vier maanden. In januari volgde 1944 transport naar Theresienstadt, een schijnbaar vreedzaam oord in het noorden van Tsjechië. In werkelijkheid was Theresienstadt een volgepakt getto voor gedeporteerde Joden, met bijbehorende slechte leefomstandigheden. En een doorgangskamp op de weg naar Auschwitz.
Eind 1944 gingen ook Walter en Trude Heinemann naar het vernietigingskamp Auschwitz. Beiden werden daar na aankomst op 8 oktober 1944 in de gaskamers vermoord. Walter Heinemann was 48 jaar, Trude Heinemann-Kirchheimer 39 jaar.
Vader Joseph Heinemann heeft de oorlog overleefd, net als Walters eerste vrouw en hun twee zonen.